Thursday, November 23, 2006

Fantasy project

Hoi, hallo, hoe gaat het ermee mensen. Ik laat even van me horen en wat mijn bezigheden zijn. Vele van jullie weten dat ik theologie studeer. Maar ik doe, behalve dat ik deze site met Jochem, Coert, Joelle en Thirza bij houd, met nog veel meer andere dingen. Ik ben bezig met nog een ‘project’. En wel namelijk een ‘fantasy project’. Ik zit op de studentenvereniging CSFR en samen met 3 van mijn sjaars solisten, hebben we eerder dit jaar het project opgestart. We schrijven omstebeurt elk 1 tot 3 bladzijden en geven zo de spreekwoordelijke pen, na een paar dagen tot een week door aan de volgende. En zo is er nu al iets heel leuks ontstaan. (Ik weet niet of ik dit eigenlijk wel mag zeggen van de andere ;).) Ik zal even 4 stukjes, van elke “auteur” 1 fragment mee nemen in deze blog. Vinden jullie het leuk en willen jullie meer lezen, laat het me horen en ik stuur gaarne een up-to-date uitreksel op. De volgende fragmenten zijn willekeurig uitgekozen. Ook is er in dit project, voor als nog genoemd ‘De kronieken van Felinas’, poëzie aan te treffen.

Jeanrique:
Plotseling stond ze op. Haar zoontje gleed tegen Gilit aan, die haar arm om hem heen sloeg. ‘Volk van Herandis!’ riep Norwa. De mensen keerden zich naar haar toe. ‘Onze mannen, onze vaders, onze broers zijn gesneuveld in een moedige strijd. Onze stad is verwoest. Het Licht heeft ons volk in de steek gelaten.’ Norwa vocht tegen haar tranen. Ze hoorde haar eigen stem trillen. ‘We zijn allemaal moe en bang. We gaan een donkere en onzekere toekomst tegemoet. Maar we zijn niet alleen! We hebben elkaar!’ De tranen liepen nu over haar wangen. ‘Samen zullen we voortgaan en ons lot dragen. De glans van ons leven is verdwenen, maar we zullen niet opgeven! We zullen voor het goede strijden!’ Ze slikte en begon toen trillend te zingen.

Wilke:
Hier moest het ergens zijn, het witte rotseiland in de rivier… Waarom zag hij dan niets?
Liaro drong zich door de struiken om wat dichter bij de rivier de Nardum te komen. Tot zijn verbazing braken de takken af als luciferstokjes. Vreemd, ze leken ook wel zwartgeblakerd… Waar hij zijn voeten zette, werd het gras als door een zucht weggemaaid.
Toen stond hij plotseling voor de rivier. Het verraste hem, want hij had het water niet horen ruisen en water… was er wel water? Hij zag alleen een stroopachtige bruinzwarte massa, die zich wellustig voortbewoog langs de levenloze oevers. Een kilte maakte zich van hem meester; hij trok zijn mantel vaster om zich heen. Schichtig keek hij achterom, maar er was niemand, slechts de troosteloze aanblik van kapotte bomen en struiken. Hij durfde zich niet meer te bewegen en staarde vol verbazing naar de rivier.

Geerten:
Opeens hield Talat zijn paard in. ‘Wat is er?’ vroeg Nazral. ‘Er komt iets dichterbij. Een Schaduw, iets beklemmends,’ fluisterde Talat. Langzaam gleed zijn hand naar zijn zwaard. Nazrals paard hinnikte onrustig. Nazral slikte en tastte naar zijn boog. Toen hoorde ze allebei een verschrikkelijk geluid. Een trompet schalde. Maar deze trompet klonk niet als de gouden trompetten van Herandis. Deze klank was aangetast door de Duisternis, mismaakt door het kwaad. Het was een orchoorn.
‘Rijd naar koning Fortinbras, vertel hem wat je gehoord hebt en haast je!’ schreeuwde Talat. ‘Ik laat je niet alleen, Talat,’ zei Nazral. ‘Er is nu geen tijd voor heldendaden. Als je niet gaat zullen alle Herandieten ellendig omkomen. Schiet op!’ Toen kwamen de eerste orcs over de heuvelrug. Zodra ze de twee ruiters zagen steeg er een gekrijs op en rende de orcs naar hun doelwit. ‘Ga, nu!’ schreeuwde Talat. Nazral kneep zijn lippen op elkaar, greep een pijl en liet zijn boog zingen.

Pieter:
De gebruinde kassen die ze omringden vertoonden talloze flinterdunne krassen, als vele littekens. Zijn donkere stem sprak tot Pelarat en zei: ‘Pas maar op waar je je voeten neerzet, mensenkind. Sterke voeten brengen je ver. En jouw voeten kunnen wel eens meer betekenen in deze wereld dan voor alleen jouw lichaam. En Pelarat, de dood kunnen wij niet doorgronden en heeft voor de mensheid geen nut. Het is voor de sterfelijke niet van meer belang dan een deel van het leven. Daarom is sterven voor je vaderland zinloos. Pelarat, je zult leven voor je vaderland. Je geliefden zijn niet voor niets gestorven. Ze zijn gestorven voor het leven. Zodat jij kon blijven leven.’ De Sar keerde zich om en liep verder met zijn hoofd in zijn blauwe mantel verscholen. Pelarat vroeg zich af wie deze mysterieuze Sar was.

Tuesday, November 14, 2006

Downloaden

Van alle mensen die ik ken is er slechts één die uit principe niet downloadt. Voor de rest is downloaden zo geïntegreerd dat ik de term als Nederlands werkwoord beschouw en het ook op die manier vervoeg (ik verwijs hierbij naar de -dt in regel 1). Maar is het terecht dat we downloaden zo normaal vinden? Als je het heel principieel benadert, vind je het dan kunnen?
Ik download me te pletter. Ik heb het populaire (en gratis) downloadprogramma Limewire tot mijn beschikking en download alles wat los en vast zit. Muziek dan, software en games vind ik niet kunnen. Waarom niet? Allereerst omdat ik alle software heb die ik nodig heb en niet van gamen hou. Daarnaast omdat ik het stelen vind om dure software te downloaden. Maar is het feit dat programma's zo duur zijn niet juist een reden om het wél te downloaden? Ik weet het niet, het voelt in ieder geval meer verkeerd dan een paar nummers van nauwelijks een dollar per stuk te jatten.
Ik download muziek omdat ik geen geld heb, en omdat er geen radiozenders zijn die (op fatstoenlijke tijdstippen) de muziek uitzenden die ik horen wil. Ik maak kennis met bands door erover te lezen en vervolgens hun muziek te downloaden. Daardoor heb ik beschikking over muziek die ik soms middelmatig vind, waar ik nooit geld aan zou besteden, maar die ik wel leuk vind om een keertje te luisteren. En dan komen we gelijk bij de oplossing van het download-probleem: www.MySpace.com. Wat een geniaal brein moet er achter dat initiatief gezeten hebben! Online gratis muziek, die op geen enkele (gangbare) manier te jatten is, maar die je zo vaak kan beluisteren als je wilt. En ik zou haast zeggen dat íedere band een pagina heeft op die site. Het is briljant. En toch download ik. Vind ik het teveel gedoe om die muziek op te zoeken? Vind ik het af en toe toch nodig om middelmatige muziek te branden? Ik vraag het, omdat ik het antwoord niet weet.
Wat is er verkeerd aan downloaden? Ik heb het al een paar keer stelen genoemd, en stelen mag niet. Op zich gaan een stelletje platenmaatschappijen echt niet failliet als ik (of zelfs de hele wereld met mij) download. En over de financiën van een grote band maak ik me ook niet echt druk. Wat ik wel een probleem vind, is dat beginnende bands geen kans krijgen. Jazeker, ze hebben een enorme naamsbekendheid omdat er zo gemakkelijk aan hun muziek te komen is, maar aan bekendheid heb je niet genoeg. Je moet een budget hebben, al helemaal als je je platen niet bij een label, maar onder eigen beheer uitbrengt. Je hebt geld nodig om van de grond te komen, om optredens en nieuwe cd's te financieren. Dus juist van die onbekende, amateuristische bands zou je een plaat moeten kopen, om hun een toekomst te geven. Mijn volgende aanschaf: Tyr, als hun plaat al ergens te krijgen is.
-Joëlle-

Saturday, November 04, 2006

Ode aan de Contactlens

Nou, ik heb lenzen hoor! Hoezee. Wat een geklooi. Zit je bij de opticien te proberen die stukjes buigzaam plastic in je oog te douwen. Tuurlijk al mijn make-up uitgesmeerd over mijn gezicht (leek wel een neger man). En maar zitten janken daar. Halfuur over gedaan om ze erin te krijgen, en toen moesten ze er nog uit. De sterktes zijn ook heel anders dan die van mijn bril, dus op dit moment zie ik dubbel en buitengewoon wazig. De enige vooruitgang op dat gebied is dat ik de gebieden in mijn ooghoeken nu net zo dubbel en wazig zie als de rest van mijn blikveld, in plaats van alleen maar heel erg wazig, zoals bij een bril. Tot overmaat van ramp ben ik gruwelijk verkouden en heb ik een keelontsteking, dus iedere keer dat ik hoest heb ik het idee dat ik de lenzen recht mijn hersenen inproest. En als ik nou nog het idee had dat ik er zo beter uit zie... 'Goh, het is wel even wennen zo hoor, zo'n kaal gezicht,' of 'Nu zie ik je make-up nog beter, ik zou het eraf halen als ik jou was.' Werkelijk waar, wat een vooruitgang. Lof en eer zij de uitvinder der contactlens.
Ja ik weet het, ik ben een eeuwige optimist. Ik zal het even nuanceren. Ik moet nog even wennen aan de nieuwe sterkte, en ik geloof dat mijn omgeving even moet wennen aan mijn nieuwe uiterlijk. Uiteindelijk zal ik er vast veel gelukkiger van worden...
En dat brengt mij bij hetgeen ik eigenlijk wilde zeggen: geluk is niet het doel, maar het middel om te leven. Geluk is een keuze, voegde Thirza hier in haar oneindige wijsheid aan toe. Ik probeer gelukkig te zijn in plaats van het te worden. Het is nog even oefenen. Maar ik ben dus heel blij met mijn lenzen, en de kans om weer wat nieuws te leren. Mezelf aan te kunnen kijken zonder die eeuwige afstotende glazen muur tussen mij en mijn spiegelbeeld. Daarbij: ik heb een reuzeleuk halfuurtje bij de opticien gehad, hartstikke aardig mens. Stel je voor, als ik geen lenzen had gehad, had ik haar misschien nooit ontmoet! Nee, ik ben razend gelukkig met mijn lenzen.
-Joëlle-

Tuesday, October 31, 2006

Kruis en crematorium

Regelmatig zie je kreten of symbolen langs de weg of op reclame borden staan. Meestal lijkt wat er staat of wat er geschreven is heel gewoon. Maar vaak is dit niet zo. Soms sta je er bij stil. Neem nou de kreet die ik pas geleden op een vrachtauto zag staan. "Gebr. Boomsma, stukadoors met echte waarde". Waar slaat dit in vredesnaam op! Begrijp je. We zijn zo gewend geraakt aan de meest bizarre kreten in de advertising world dat we vaak geestelijk verdoofd zijn geraakt door de hoeveelheid ervan. We zijn het normaal gaan vinden.

Soms heb je echter zo'n helder moment. Het gebeurde in de auto op weg naar huis. ik kwam net van vakantie met mijn familie uit de Ardennen en we stonden constant in de file. Eindelijk toen we zo af en toe weer gingen rijden, schoot er een plotseling in een flits het een afritbord voorbij waar op stond: + Crematorium -->. Een symbool van een kruis en dan het woord: “Crematorium”. Dit kan eigenlijk moreel niet. Vanuit de ogen van de wereld is er niets mis mee. Maar van uit de ogen van christen mag, naar mijn idee, een kruis niet zomaar geassocieerd worden met een crematorium. Een begraafplaats echter wel. Het kruis is het teken van het sterven van Christus. Het kruis leidde naar de opstanding van Christus uit het graf en daarmee de opstanding uit de dood van degene die in hem geloven. Ja inderdaad, goed gezien. Een opstanding kan nooit plaatsvinden als men gecremeerd is. Het is daarom ook een christelijke handeling om je bij je dood te laten begraven. De heidenen die geloofden in hun goden. Zij hadden geen probleem met cremeren. Er wordt in de Bijbel meerdere malen gesproken over de opstanding der doden.

En tijdens de duisternis bij Golgotha werden de graven ook geopend en stonden de doden uit hun graf op en liepen door de straten van Jeruzalem. Een teken van het volbrachte werk van Christus die de dood zou overwinnen. Ik vind het daarom fout dat het symbool kruis met crematorium geassocieerd mag worden. Ik denk dat het komt door de achtergrond van Nederland. Vroeger was het een christelijk land. Het symbool kruis werd goed geassocieerd met begraafplaats. In de loop van de 20ste eeuw werden de Nederlanders steeds meer heidenen. Het crematorium kwam er en zie daar.

Het is misschien een beetje muggenzifterig maar het zet je aan het denken, of niet? Plaats een sikkel bij het woord crematorium op een afslagbord langs de snelweg en de volgende die geliquideerd word is de minister van verkeer een waterstaat.


Pieter


-Everything that has an beginning has an end?-

Sunday, October 22, 2006


Nou mensen, het is zo ver! Ik heb er lang naar uitgekeken en morgen is de grote dag!
Ik ga op vakantie, en niet zomaar op vakantie, maar ik ga op vakantie naar mijn zus.

Ze woont samen met haar man en drie dochters in duitsland, in de bayerische alpen in het zuiden. Ik ben er twee jaar niet geweest, heb ze in de tussentijd wel in Nederland gezien, maar nu ga ik ze in heimat bezoeken. Van mijn broers en zussen lijk ik het meest op haar, op sociaal vlak, maar ook zeker afgaad op het uiterlijk. Ik ben zelf een nakomer, of liever gezegd een toegift, dus ik heb haar bijna niet thuis meegemaakt. Het is mijn zus, en dat weet ik, maar het is toch anders. Ik ken haar niet zo goed als ik zou willen. Ik spreek haar ook veel minder dan ik wil. Maarja, dat is natuurlijk mijn eigen stomme fout.

We gaan in ieder geval bergwandelen, daar heb ik erg veel zin in, bergwandelen is fantastisch! En verder zie ik het allemaal wel.. het wordt geweldig leuk!

-Jochem-
keep your eyes open